zondag 26 mei 2013

Vader



Ik dacht aan mijn vader die al meer dan twintig jaar dood is. Hij was een stuk jonger dan ik toen hij zijn vrouw – mijn moeder – verloor. Sommige mensen vonden hem arrogant. Dat was hij niet. Hij had uitgesproken meningen en was daar soms een beetje rechtlijnig in, maar arrogant was hij zeker niet. Hij was niet bang om zich uit te spreken - wat me een goede eigenschap lijkt – maar ik herinner me ook een verlegen en onzekere man.
Hij kwam met enige regelmaat op bezoek toen ik met R. op de Admiraal de Ruyterweg woonde. Die bezoekjes waren altijd ongemakkelijk. Het boterde niet tussen mij en zijn nieuwe vrouw, en daar voelde hij zich schuldig over.
Tegelijk gaf hij mij het gevoel dat hij teleurgesteld in me was. Dat hij meer van me had verwacht.
Dat irriteerde mij. Ik had geen zin om aan zijn normen te voldoen, vond dat hij me moest accepteren zoals ik was. Ik wilde dat hij trots op me was.
Omdat hij toch ook wilde laten merken dat hij mij wel degelijk voor vol aanzag, vertelde hij me de intiemste details over zijn leven met mijn moeder en zijn nieuwe leven in Bergen. Alsof ik een zeer goede vriend van hem was. Maar dat was ik natuurlijk niet: ik was zijn zoon. En de vrouwen waarover hij praatte waren mijn moeder en mijn stiefmoeder.
Ik zou het niet in mijn hoofd hebben gehaald om hem intieme details over mijn relatie met R. te vertellen. Ik vermoed dat hij geshockeerd zou zijn geweest. Hij zou het niet hebben willen horen.
Misschien wilde hij ook wel gewoon zijn hart luchten. Maar daarmee zadelde hij mij op met informatie die ik liever niet had gehad. Ik denk dat zijn verhalen ook sterk gekleurd werden door twee tegenstrijdige emoties: schuldgevoelens over zijn nieuwe relatie, zo kort na de dood van mijn moeder, en een grote behoefte aardig, leuk en grappig gevonden te worden door mij, zijn enige kind.
Vlak voor zijn dood heb ik hem een lange brief geschreven met daarin alles wat ik hem verweet. Alles wat er misgelopen was tussen ons na de dood van mijn moeder. Toen ik klaar was realiseerde ik me dat ik hem die brief niet kon sturen.
In plaats daarvan heb ik hem een paar keer opgezocht in Bergen, en punt voor punt, alles waar ik mee zat met hem besproken. Ik verklaarde dat hij zich niet hoefde te rechtvaardigen of te verontschuldigen. Ik wilde het alleen gezegd hebben voor het niet meer kon.
Dat was op zich al ingewikkeld om uit te leggen, omdat zijn naderende dood onbespreekbaar was. Taboe.
Hij heeft me uiteindelijk toch de kans gegeven alles tegen hem te zeggen wat ik op mijn hart had. Hij heeft het allemaal aangehoord, terwijl ik in mijn aantekeningen bladerde. Na zo’n sessie zaten we samen een beetje te snotteren en verzekerden we elkaar dat we ontzettend veel van elkaar hielden.
Wat natuurlijk ook zo was.  


maandag 20 mei 2013

Slaap Lekker


Ik lig met Lulu in bed. Ik probeer er wat meer tijd voor te nemen omdat ze klaagt dat ik altijd zo snel ‘welterusten’ zeg.
Ik moest na het eten met Valentijn naar een huiswerklerares voor een kennismakingsgesprek. Het leek me dat ik Swip en Lulu wel een uurtje alleen kon laten. Toen ik thuiskwam lag Lulu keurig in bed, pyama aan, tandjes gepoetst. Swip lag met een koptelefoon op naar muziek op zijn iPhone te luisteren en moest alles nog doen. Maar goed, daar ben je puber voor.
Lulu heeft een drukke week achter de rug op de filmset in Castricum. Ze is moe, maar ze vond het toch ook erg leuk om in een film te spelen.
Vandaag was ze vrij, en zijn we samen naar cafe de Pels gegaan voor koffie en warme chocolademelk. Ze zegt dat ze later in de Pels wil werken net als Fleur, Lulu’s favoriete barmeisje.
Ik wilde kaartjes kopen voor een concert van Meschiya Lake in Paradiso. Lulu werd boos toen bleek dat ik daar met S. naar toe zou gaan. Later zei ze dat ze toch niet boos was, maar gewoon moe. Ik heb haar beloofd dat ik haar, als ze iets groter is, ook een keer mee zal nemen naar Paradiso.
In bed vraag ik haar of ze wel eens droomt.
Ja, dat doet ze.
‘En herinner je je die droom dan?’
‘Soms.’
‘Wat droom je dan?’
‘Weet ik niet meer. Droom jij wel eens van mama?’
‘Nee, nog altijd niet. Jij?’
‘Ja, één keer.’
Ze laat me een tijdje wachten. Dekt eerst konijn toe.
‘Ik was de deur uitgelopen.’
‘Hier thuis?’
‘Ja. En toen was ik alsmaar rechtdoor gelopen.’
‘En waar was ik?’
‘Jij was gewoon thuis papa.’
Ze kijkt me ernstig aan.
‘En toen kwam ik bij een heuvel en daarop was een kasteel. Bij de poort stonden een haas en een schildpad, maar die lieten me door.’
En was mama daar.’
‘Ja. En ik mocht blijven logeren.’
‘Woonde ze in het kasteel.’
‘Ja. Maar ze was dood. Er woonden allemaal dooie mensen, maar die kende ik niet. Ze zaten aan tafels. Het waren allemaal meisjes, net als mama.’
Ondertussen wurmt ze een elastiekje uit haar haar.
‘Mama zat te praten en grapjes te maken met een van die meisjes, en toen zei ze dat ik mocht blijven logeren.’
‘En heb je dat ook gedaan?’
‘Dat weet ik niet papa, want ik werd wakker.’
Ze vertelt ook nog dat ze Bibian een keer heeft gezien in een huis aan de overkant, liggend in een ziekenhuisbed, toen ik aan het koken was.
‘Maar dat heb je me helemaal niet verteld.’
‘Nee papa.’
‘Durfde je dat niet?’
‘Nee.’
‘Waarom dan niet?’
‘Dat weet ik niet. Heb jij mama nog wel eens gezien.’
‘Eén keer, in een raam bij de geitenboerderij in het Amsterdamse bos, toen ik stuiterde van de koorts, weet je nog wel?’
‘O ja.’ Ze weet het nog.
‘Doei!’ zegt ze plotseling. Zo maakt ze ook altijd een einde aan onze telefoongesprekken.
‘Moet ik weg?’
‘Ja. Ik ga slapen.’
‘Ben je moe?’
‘Ga nou maar, papa.’
‘Slaap lekker.’


donderdag 16 mei 2013

Energie


Ik kan mijn energie niet kwijt. Er gebeurt zoveel. Lulu speelt in een film, er wordt een documentaire over haar gemaakt, ik ben uitgenodigd iets te komen vertellen over Bibian en mijzelf in het televisieprogramma Recht uit het Hart, Valentijn gaat net wel, of net niet over dit jaar; hij doet vreselijk zijn best, maar ik moet er bovenop zitten, ik krijg hem ’s morgens zijn bed niet uit en ’s avonds zijn bed niet in, hij wil niet meer altijd doen wat ik zeg, hij vecht mijn gezag aan maar durft nog niet goed, ik gun het hem van harte maar ik wil ook dat hij doet wat ik zeg, hij was woedend dat hij geen schone broek had om aan te trekken, dat ik de was niet had gedaan, dat al zijn broeken in de was zaten, maar dat bleek helemaal niet zo te zijn, ze lagen gewoon door zijn kamer verspreid, op, achter en onder zijn bed, stomme puber, lieve Valentijn, ik heb mijn contract getekend met mijn uitgever, het is nu officieel, we hebben taartjes gegeten om het te vieren, Swip heeft één dag meegelopen met de avondvierdaagse, toen had hij het wel gezien, hij is twaalf geworden, zit in die rare fase na de cito-toets, heeft een andere tijdsbeleving, is afscheid aan het nemen en aan het anticiperen tegelijk, doet ineens gel in zijn haar en gebruikt nieuwe woorden, ik vind dat het goed met hem gaat, hij heeft al maanden geen woedeuitbarstingen meer, als hij boos is trekt hij zich terug op zijn kamer, hij is veel redelijker en benaderbaarder geworden; het is ook niet niks allemaal, Lulu wil op voetballen, paardrijden doet ze niet meer, ze wilde actrice worden, maar na een paar dagen filmen wist ze het niet meer zo zeker, twee films tegelijk is ook wel een beetje veel, maar het kwam nou eenmaal zo uit, alles gebeurt altijd tegelijk, ik heb eindelijk de afdruk die ik heb laten maken van die prachtige foto die Joost van je heeft gemaakt voor het omslag van je boek laten inlijsten, maar ik mag hem van Lulu niet ophangen omdat ze er zo verdrietig van wordt, ik ook, maar ik wil het toch, ik wil verdrietig zijn, je missen, de pijn voelen, en ik wil het je allemaal zo graag vertellen, dit en nog veel meer, het stormt in mijn hoofd, ik reed naar huis vanuit Groningen, het regende, ik draaide Queens of the Stone Age en reed heel hard, wilde zo graag bij je zijn, thuis komen en je alles vertellen, er gebeurt zoveel, maar je bent er niet, O lieveling waar ben je toch, hoe moet dat nou, Bibian, ik kan mijn energie niet kwijt.

maandag 13 mei 2013

Auditie


Lulu heeft vandaag auditie gedaan voor een televisiefilm. Ze heeft al vaker auditie gedaan, maar deze keer heeft ze de rol ook gekregen. Ze was licht teleurgesteld dat het niet de hoofdrol is, maar ze vindt het toch heel leuk.
Nu wordt er niet alleen een documentaire over haar gemaakt, maar gaat ze ook nog zelf acteren. Op school volgt ze al een tijdje dramalessen. Ze zegt dat ze later actrice wil worden.
Er zijn vier draaidagen de komende twee weken. Ik realiseerde me dat ik haar dan moet brengen en halen, en dat ik dus van alles moet gaan regelen.
Ik zei dat ik het rooster graag op tijd wil hebben omdat ik alléén ben met drie kinderen. Omdat mijn vrouw dood is. Ik wilde het niet zeggen, maar ik zei het toch.
Hoe zeg je zoiets. Ik wilde het een beetje achteloos laten klinken, omdat ik geen zin had in vragen of meewarige of begripvolle blikken. Alsof het eigenlijk heel gewoon is.
‘Ja hoor, zondag aanstaande is geen probleem, ik vraag het alleen omdat mijn vrouw dood is en ik dus een oppas moet regelen.’
Ik wilde niet zeggen: overleden of gestorven. In mijn familie overlijden we niet. We gaan dood, leggen het loodje. Een enkeling sneeft.
Gestorven vond ik veel te dramatisch klinken.
Ik voelde de brok in mijn keel alweer opkomen.
Omdat ik de regisseur toevallig kende, kon ik er aan toevoegen: dat wist je misschien nog niet, dat Biban dood is.
Hij wist het wel.
‘She’s got the part!’ zei hij enthousiast, waardoor het gesprek een andere wending kreeg. Er moesten wat vragen beantwoord, afspraken gemaakt.
Samen fietsten we terug naar huis. ‘Wat zou mama trots op je zijn geweest, Lulu,’ zei ik vechtend tegen mijn tranen.
‘Ja papa.’
‘Vind je het jammer dat het niet de hoofdrol is.’
‘Beetje... Hoeveel geld denk je dat ik ermee ga verdienen.’
‘Geen idee. Vind je dat belangrijk?’
‘Ik hoop dat het meer is dan Swip.’
Swip heeft in een reclamefilmpje gespeeld en van de opbrengt een nieuwe iMac gekocht.
‘Ik weet het echt niet. We zullen het ze vragen.’
‘Krijg ik volgende keer wel de hoofdrol?’
‘Vast en zeker. De meeste acteurs beginnen met kleine rolletjes.’
‘Nu speel ik in twee films.’
Daarna zegt ze niet veel meer. Ze zit een beetje te dromen bij mij achterop de fiets. Ze heeft een lange dag gehad, maar ze heeft gekregen wat ze wilde.

donderdag 9 mei 2013

Twaalf


Morgen wordt Swip 12 jaar. Opnieuw vieren we zijn verjaardag in Meerle. Hij ligt boos in bed omdat ik zijn iPhone heb afgepakt.
‘Ik wil dat je gaat slapen Swip, morgen wordt een lange dag.’
‘Hoezo? Dat slaat helemaal nergens op.’
‘Gisteren heb je tot ver na twaalven op je iPhone gezeten.’
‘Niet waar.’
‘Wel waar.’
‘Ik ben om elf uur gaan slapen.’
‘Half twee zul je bedoelen.’
‘Dat kan niet.’
‘Ik heb op de klok gekeken Swip.’
‘Ik wil mijn iPhone.’
‘Wat hebben we je vorig jaar ook alweer gegeven?’
‘Een iPod.’
‘O ja. Die ben je verloren he?’
‘Dat weet je toch papa. Die ben ik op schoolreisje kwijtgeraakt.’
Hij is zijn boosheid meteen vergeten.
‘Wil je morgen eerst taartjes eten met kadootjes, of zal ik eerst boodschappen doen voor het ontbijt?’
‘Eerst boodschappen doen.’
Ik had er niet aan gedacht dat het vandaag hemelvaartsdag was. Alle winkels waren dicht. Gelukkig hadden we nog wat restjes van de afgelopen dagen voor het avondeten. De kinderen willen eieren met spek voor het ontbijt, maar dat moet dan wel eerst gekocht worden.
Morgen komen er twee vriendinnetjes en twee vriendjes uit Swip’s klas logeren. Met een beetje geluk blijft het mooi weer.
We hadden bezoek: S. met haar twee dochters. Het was ontzettend gezellig, maar nu zijn ze weer weg.
Meteen kwam mijn verdriet opzetten.
Ik zei tegen Lulu dat ik Bibian zo miste dat het pijn deed. Nu zegt zij het ook.
‘Papa, het doet pijn.’
Ze heeft tranen in haar ogen.
'Waar heb je pijn?'
‘Ik mis mama.’
‘Wil je vanacht bij mij slapen.’
‘Dat weet ik nog niet.’
‘Zie maar. Van mij mag het. Zullen we nog even beneden samen op de bank bij de haard zitten?’
Op mijn laptopje klik ik willekeurig wat filmpjes open: Emma Peel in de oefenruimte, vlak voor Bibian ziek werd. Ademloos kijken we samen naar stukjes repetitie en gesprekken over de arrangementen. Wat zien we er gelukkig uit. Ik was allang vergeten dat die filmpjes er waren. Naamloze mapjes op mijn laptop, die eerst van Bibian was. Onze liedjes waren toen onze enige zorg. Hoe krijgen we ze zo goed mogelijk op de nieuwe cd.
Een ander filmpje. Optreden in de Nieuwe Anita in Amsterdam. Bibian duidelijk zeer trots met haar nieuwe Hägstrom basgitaar.
‘Doet het nog pijn?’
‘Ja.’
‘Het is onze pijn Lulu. Die kan niemand ons afnemen.’
Ik breng haar naar boven en lig nog even bij haar en Swip, die een kamer delen.
We zijn ook verdrietig omdat de vakantie alweer bijna voorbij is. In Meerle lijkt de tijd wel stil te staan, het is hier zo volmaakt rustig en idyllisch.
Iets zegt me dat het misschien wel de laatste keer is geweest.